|
uitleg druppelmunt
|
antwoorden
op vraag 1 Alle antwoorden zijn goed, als je hebt opgeschreven hoeveel druppels je dacht dat er op de munt zouden passen.
op vraag 2 De druppels blijven op de munt liggen en vormen samen een grote druppel. Het water op de munt staat bol. Als de druppels niet meer op de munt passen, dan stroomt een deel van het water van de munt af.
op vraag 3 Het aantal druppels dat je kunt toevoegen voordat de munt overstroomt is verschillend. Bij grote druppels misschien zes, bij kleine druppels misschien wel twintig.
op vraag 4 Alle antwoorden zijn goed, als je hebt opgeschreven hoe je denkt dat dit komt.
uitleg
Water bestaat uit deeltjes. Tussen die deeltjes is een aantrekkingskracht, waardoor er druppels ontstaan. Kleine druppels kunnen samen een grotere druppel vormen. Pas als de druppel te groot wordt, dan stroomt er water van de munt af. De aantrekkingskracht tussen de waterdeeltjes is dan niet sterk genoeg voor zoveel water.
|
|
extra uitleg
Water bestaat uit kleine deeltjes die moleculen heten. Een watermolecuul (H2O) bestaat zelf weer uit een zuurstofatoom (O) en twee waterstofatomen (H).
Aan de oppervlakte van het water vormen de watermoleculen een sterke laag, dit heet oppervlaktespanning. Oppervlaktespanning ontstaat doordat de waterstofatomen van de watermoleculen aan het wateroppervlak verbindingen vormen met andere waterstofatomen. Deze verbindingen heten waterstofbruggen.
De oppervlaktespanning houdt de watermoleculen een beetje bij elkaar, waardoor bolle druppels ontstaan. Kleinere druppels kunnen samen een grotere druppel vormen, zoals op de munt. Pas als er meer water wordt toegevoegd dan dat de oppervlaktespanning bij elkaar kan houden, dan stroomt het water gedeeltelijk van de munt.
ga naar:
proefje
digiblad
print:
werkblad
werkblad met grote letters
antwoordblad
doe meer proefjes over:
scheikunde
water, oppervlaktespanning
|
|
© 2004–2025 proefjes.nl / auteurs
|
|